Wat doe je in Kyoto als het 30°C is, zeikt van de lucht en je paraplu van Japans formaat is en daarmee alleen het topje van je hoofd droog houdt?
Dan sprint je natuurlijk naar de boekhandel.
Soppend op mijn slippers en met druppende paraplu navigeerde ik naar de 5e en 8e verdieping van het BAL Building, waar zich boekhandel Junkudō bevindt en een café met uitzicht over Kyoto (belangrijke combinatie).
Dit moest toch de hemel zijn, of in elk geval een voorportaal ervan. Vooral als je Japans kunt lezen, geef ik toe, maar Junkudō heeft een vrij grote sectie met Engelstalige boeken.
En daar zag ik dit boek:
Nuja, OK, toen ik het zag, zag het er zo uit:
Eat Sleep Sit: My Year at Japan’s Most Rigorous Zen Temple
Hoewel het omgerekend bijna € 34,- kostte en eigenlijk niet meer in mijn rugzak paste, kocht ik het. Een boek met deze titel kon ik niet laten liggen, de blurbtekst las ik pas toen ik weer in mijn hotel was.
Eat sleep sit is het verhaal van een jongeman, Kaoru Nonomura, die zich afvraagt of het wel ergens heen gaat met zijn werk en zijn leven in het algemeen. Hij komt tot de conclusie nee, dat is niet het geval, en besluit voor een jaar toe te treden tot een van de strengste kloosters van Japan, Eihei-ji, zetel van het Soto Zen Boeddhisme.
Eat, read, sleep?
Ik nam het boek mee naar mijn tatamimat in mijn hotel. Ik zat ermee in een tuin in Arashiyama en bij de tempel Chishaku-in. Het werd voor mij ook een beetje een lange zit.
Humor en warmte had de blurbtekst mij beloofd, maar ik moest behoorlijk wennen aan Nonomura’s schrijfstijl.
Bovendien werd ik al moe van het kloosterleven door het lezen van de beschrijvingen alleen. Ieder onderdeel van de monnikentraining beschrijft Nonomura in detail: hoe te mediteren, hoe je te wassen, hoe naar het toilet te gaan – een toiletbezoek moet je zorgvuldig inplannen, wist je dat niet? Er moeten 101 rituelen verricht worden voordat je daadwerkelijk over kunt gaan tot waarvoor je naar de plee gekomen bent. (Hetgeen ook maar weer een duidelijke aanwijzing is dat dit niet mijn bestemming kan zijn, want met de frequentie waarmee mijn blaas geledigd wenst te worden zou ik nooit meer ergens anders aan toe komen en al mijn tijd op de plee doorbrengen. Dit geheel terzijde.)
Hij beschrijft ook hoe eenzaam hij zich voelt, en hoe uitgeput. Hoe hij ondanks de tamelijk extreme omstandigheden (ik zou zeggen: mishandeling) erin slaagt vriendschappen met medemonniken te sluiten en hoe hij zijn training volhoudt, op zoek naar zingeving in zijn leven.
“[W]hy, in order to remove the ego, is it necessary to sit with legs folded, facing the wall? Why this form and no other? I doubt whether anyone could put the answer into words. Only in sitting for oneself, and persisting in sitting to the very end, does the answer come welling up in one’s blood and bones. …. Devoting oneself to sitting, getting used to sitting, and conquering the pain of sitting are all equally pointless. The only point of sitting is to accept unconditionally each moment as it occurs. This is the lesson of ‘just sitting’ that I had absorbed after one year.”
Conclusie…
Na zijn extreme career break in Eihei-ji keerde Kaoru Nonomura terug naar zijn baan als ontwerper. Ik vind dit verfrissend en enigszins deprimerend tegelijkertijd – dit kan echter ook goed projectie zijn, omdat ik nooit meer terug zou willen naar de baan die ik had… [edit: ik las dit boek toen ik in 2012 in Kyoto was. Dat ik niet meer terug zou willen naar mijn vroegere werk klopt allerdings anno 2020 nog steeds.]
Een jaar bij Eihei-ji is no picnic. Het boek Eat Sleep Sit is dat ook niet, en de beloofde humor heb ik niet kunnen ontdekken. Maar hoewel ik na het eerste hoofdstuk eigenlijk wilde opgeven, merkte ik in de hoofdstukken daarna dat ik Nonomura’s verslag toch uit wilde lezen. Mijn eindoordeel: boeiend, zeker, hard, ook.
Tot slot een advies over het eten van rijst:
“Pour all your physical and mental strength in the act of eating. Do not roll the rice into a big ball. Do not fill your mouth with a large amount of rice at once. Do not eat spilled grains of rice. Do not chew noisily. Do not slurp. Do not lick anything.”
Eat Sleep Sit: My Year at Japan’s Most Rigorous Zen Temple, Kaoru Nonomura, ISBN 978-1568365657